Fijn goudscherm

Bupleurum tenuissimum


© Pieter van Rijswijk

Ecologie & verspreiding
Fijn goudscherm prefereert zonnige, open grazige plaatsen op droge tot vochtige, voedselrijke, met name stikstofrijke, brakke grond, die zowel kleiig, veenachtig of stenig kan zijn. De standplaats staat onder invloed van zilt grondwater of ligt binnen het bereik van verstuivend zeewater. Het betreft hoge kwelders, de grens tussen de kwelder en lage duintjes, zeedijken, zilte en ruige graslanden, grindbanken langs de kust en aanspoelselgordels. Deze kustplant is zeldzaam in Zeeland en in Zuid-Holland en komt verder zeldzaam voor in het Waddengebied. Het Nederlandse areaal sluit aan bij de kustgebieden van West-, Midden- en Zuid-Europese tot oostelijk Turkse westkust, verder in Zuid-Oekraïne en de Kaukasus (hier ook op binnenlandse zoutplekken). Ze komt vaak niet tot bloei en wordt vegetatief nog wel eens over het hoofd gezien doordat haar bladeren oppervlakkig op gras lijken, maar ze is eigenlijk onmiskenbaar door haar blauwachtige kleur, draaddunne, taaie stengels en de lijnvormige bladeren die van een stekelpunt voorzien zijn.
Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)

Bloeitijd - juni - september

Hoogte - 0,10-0,60 m.

Geslachtsverdeling - tweeslachtig

Wortels -

Stengels/takken - De draaddunne, taaie stengels zijn massief, kaal en meestal sterk vertakt.

Bladeren - De lijnvormige bladeren hebben een gave rand en zijn geleidelijk naar top en de voet versmald. Met drie  evenwijdig lopende nerven en een stekelpunt. De onderste bladeren zijn kortgesteeld, de andere zijn niet gesteeld.

Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). Met veel geelachtige, bijna niet gesteelde bloemen in schermen met één  tot drie  stralen. Meestal zijn ze tros- of aarvormig. Drie  tot vijf  omwindselbladen. De omwindselblaadjes zijn langwerpig met drie  nerven, vaak iets getand en de meeste zijn veel langer dan de bloemen.

Vruchten - Een splitvrucht. De wrattige vruchten zijn zwak geribd, vrij rond en ongeveer 2 mm. De deeelvruchten zijn half-rond. De zaden blijven maar korte tijd kiemkrachtig. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).

Bodem - Zonnige, open, grazige plaatsen op droge tot vochtige, voedselrijke, met name stikstofrijke, brakke grond (klei, veen en stenige plaatsen).

Groeiplaats - Hoge kwelders (schorren), zeeduinen (op de grens van kwelders met lage duintjes), zeedijken, grasland (zilt grasland en ruig grasland), achter grindbanken aan de kust en aanspoelselgordels.
Familie: Apiaceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Rode Lijst: Bedreigd
Zeldzaamheid: zeldzame soort
Ecologische groep: hoge kwelders
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website