Tepelaardster

Geastrum corollinum


© John Breugelmans

Ecologie & verspreiding
De Tepelaardster (Geastrum corollinum) groeit op droge, kalkhoudende bodems (kalkrijke duinen, kalkgraslanden, rivierduinen). De soort staat op beschutte, zonnige plaatsen, vooral in open struwelen (duindoorn, meidoorn, vlier), maar ook in en aan de rand van loof- en gemengd bos (meestal in de duinen) en onder of nabij struiken in duin- en kalkgraslanden. De soort is relatief vaak te vinden op oost- en zuidoost-hellinkjes en aan de lijzijde van stuifkuilen.
De Tepelaardster is in Nederland zeldzaam en vooral te vinden in het Renodunaal district en Zuid-Limburg. Daarnaast zijn er enkele vondsten in het Waddendistrict en is er een bekende vindplaats in het Zalkerbos (oud rivierduin langs de IJssel bij Zwolle). De Tepelaardster is zeldzaam in België en heeft binnen Europa een zuidelijke en vooral continentale verspreiding. Naar het noorden toe wordt de soort steeds minder algemeen en de noordgrens van het areaal ligt ongeveer bij de 58e breedtegraad (Zuid-Zweden).
Substraatvoorkeur: humus (12)
© 2024  NMV
Ga naar de volledige website