Sofiekruid

Descurainia sophia


© Bert Verbruggen

Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)

Bloeitijd - mei - herfst

Hoogte - 0,30-0,90 m.

Geslachtsverdeling - tweeslachtig

Wortels -

Stengels/takken - De naar boven toe vertakte stengels zijn behaard met sterharen, zelden zijn ze kaal.

Bladeren - De grijsgroene bladeren zijn 2 of 3 voudig geveerd met lijnvormige bladslippen. Op de bladeren groeien sterharen. Het blad lijkt enigszins op een varenblad.

Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De bleekgele bloemen zijn 2 tot 4 mm groot. De kroonbladen zijn korter dan de kelkbladen.

Vruchten - Een doosvrucht. De gebogen tot bijna rechtopstaande hauwen zijn zeer smal (ongeveer 1 mm) en meestal 1½ tot 2½ cm lang (soms 0,8 tot 4½ cm). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).

Bodem - Zonnige, open plaatsen op droge, vrij voedselarme, kalkrijke, verstoorde zandgrond en op stenige plaatsen. Ze verdraagt enige betreding.

Groeiplaats - Wegranden, bermen (omgewerkte plaatsen), akkers, puin, zeeduinen (open plekken in bermen, begraasde duinen en bij bewoning), muren, ruderale plaatsen, ruigten (kalkrijke ruigten), langs spoorwegen (spoorbermen en spoorwegterreinen), industrieterreinen en haventerreinen.
Familie: Brassicaceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Niet bedreigd
Zeldzaamheid: vrij zeldzame soort
Ecologische groep: kalkrijke ruigten
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website