Weegbreezonnebloem

Doronicum plantagineum


© Koen van Zoest

Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)

Bloeitijd - mei - juni

Hoogte - 0,30-0,90 m.

Geslachtsverdeling - polygaam

Wortels - Verdikte horizontale wortels met uitlopers.

Stengels/takken - De voet van de stengel is vrijwel onbehaard. Bovenaan zijn de stengels wel behaard. Weegbreezonnebloem groeit in groepen.

Bladeren - De rozetbladeren zijn eirond-elliptisch, in een lange steel versmald, niet of ondiep getand en ze hebben een afgeknotte of soms iets wigvormige of zwak hartvormige voet. De stengelbladeren zijn eirond tot langwerpig, hebben geen steel en zijn stengelomvattend.

Bloemen - Polygaam (bloemen met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen en bloemen met alleen mannelijke of alleen vrouwelijke geslachtsorganen). De bloemhoofdjes staan meestal alleen, maar soms ook met 2 of 3 bij elkaar. De heldergele hoofdjes zijn 5 tot 8 cm groot. De omwindselbladen zijn lijnvormig-langwerpig en hebben een behaarde rand. De bloemhoofdjesbodem is weinig behaard.

Vruchten - Een eenzadige dopvrucht of nootje. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).

Bodem - Licht beschaduwde plaatsen op vochtige, matig voedselrijke, vaak kalkhoudende, humeuze grond (vrijwel alle grondsoorten, behalve veen).

Groeiplaats - Bossen (o.a. landgoedbossen), bosranden en lanen.
Familie: Asteraceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Niet bedreigd
Zeldzaamheid: zeldzame soort
Ecologische groep: stinseplant
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website