Beemdhaver

Helictochloa pratensis


© Tim van de Vondervoort

Ecologie & verspreiding
Beemdhaver staat op zonnige, warme, matig droge, stikstofarme, matig voedselrijke, matig zure tot basenrijke en kalkrijke, min of meer verdichte, al of niet zandige leem- en mergelbodems met geringe humusvorming. Ze groeit op heiden, in borstel- en kalkgraslanden (vooral langs paden), op stenige hellingen, in lichte bossen en in bermen. Het Midden-Europese areaal reikt in het noordwesten nog juist tot het midden en zuidoosten van Zuid-Limburg. De plant staat hier in kalkgraslanden, vooral op min of meer verdichte krijtverweringsgrond in een gesloten, maar niet te dichte grasmat. Ze staat hoofdzakelijk in het oostelijke, regenrijkere deel van dit provinciedeel. Beemdhaver is achteruitgegaan door niet alleen het verminderen van kwaliteit, maar ook door een afname van het areaal aan kalkgrasland. Ze vormt stevige pollen en is goed te herkennen aan de ruwe bladeren die bovendien aan beide kanten verschillend gekleurd zijn. Het vee vermijdt het eten van dit stugge gras.
Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)

Bloeitijd - mei - augustus

Hoogte - 0,30-0,80 m.

Geslachtsverdeling - tweeslachtig

Wortels - Worteldiepte 10 tot 100 cm.

Stengels/takken - Geen uitlopers, Dichte pollen vormend.

Bladeren - Bladscheden zonder lange haren. De bladschede en de rand van de bladschijf zijn ruw door korte stekeltjes. De randen van de bladscheden zijn, ook bij niet-bloeiende scheuten, niet met elkaar vergroeid. Ook de langste tongetjes zijn in de regel korter dan 0,5 cm. De bladschijf is vrij stijf. De bladen zijn van boven licht grijsblauw en van onderen veel donkerder kleur.

Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De pluim is smaller en sterker samengetrokken en bevat meestal minder aartjes dan die van Zachte haver. Aartjes met drie tot zes bloemen. De haren op de as van het aartje worden hoogstens twee mm lang en steken nauwelijks buiten het aartje uit. Beide kelkkafjes zijn drienervig en hebben ongeveer dezelfde vorm, waarbij het onderste niet veel kleiner is dan het bovenste.

Vruchten - Een graanvrucht. Eenzaadlobbig (kiemend met één kiemblaadje).

Bodem - Zonnige plaatsen op matig droge, matig voedselarme, kalkrijke, min of meer verdichte grond (mergel en leem). Elders in Europa is Beemdhaver niet aan kalk gebonden en komt zij ook voor op schrale, kalkarme, basenrijke, maar vaak wat zure leemgrond.

Groeiplaats - Grasland (kalkgrasland, vooral langs paden) en bermen.
Familie: Poaceae
Groep: eenzaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Rode Lijst: Kwetsbaar
Zeldzaamheid: zeer zeldzame soort
Ecologische groep: kalkgraslanden
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website