Ruw gierstgras

Milium vernale


© Koen van Zoest

Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)

Bloeitijd - april - mei

Hoogte - 0,10-0,30(-0,50) m.

Geslachtsverdeling - tweeslachtig

Wortels - Geen kruipende wortelstokken.

Stengels/takken - De grijsgroene of soms paars aangelopen stengels zijn vaak ruw door zeer kleine stekeltjes. Ze zijn iets afgeplat. Ruw gierstgras vormt polletjes of er is maar 1 stengel aanwezig.

Bladeren - De geelachtige of witachtig groene bladeren zijn bij de voet kaal. Ze zijn 2 tot 5 mm breed en ruw door zeer kleine stekeltjes. De bladeren zijn vaak vrij kort.

Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De bloeiwijze wordt tot 8 cm lang. De takken staan vrijwel rechtopstaand. De as en de pluimtakken zijn ruw, evenals de kelkkafjes.

Vruchten - Een graanvrucht. Eenzaadlobbig (kiemend met één kiemblaadje).

Bodem - Zonnige tot vaak licht beschaduwde, open plaatsen op matig droge, matig voedselarme, omgewerkte, humus- en kalkhoudende grond (duinzand, vaak vermengd met ander materiaal).

Groeiplaats - Zeeduinen, wegranden, langs afrasteringen, struwelen (vooral van Duindoorn), grasland (open plekjes in droog neutraal grasland) en open plekken in ruigten van hogere grassen.
Familie: Poaceae
Groep: eenzaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Niet bedreigd
Zeldzaamheid: zeldzame soort
Ecologische groep: droge, neutrale graslanden
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website