Wegdistel

Onopordum acanthium


© Pieter Stolwijk

Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)

Bloeitijd - juli - september

Hoogte - 0,60-2,50 m.

Geslachtsverdeling - tweeslachtig

Wortels - Een forse vertakte penwortel.

Stengels/takken - De grijsblauwe stengels zijn wit spinragachtig behaard en vaak kandelaarachtig vertakt. De bladeren zetten zich op de stengel voort in een soort vleugelranden, die de forse stengel breed maken. Vaak dragen ze forse stekels.

Bladeren - De rozetbladeren zijn langwerpig of elliptisch en bochtig getand tot gelobd. De bladrand heeft forse stekels.

Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De roodpaarse bloemhoofdjes staan afzonderlijk. Ze zijn 3 tot 6 cm groot, afgerond kegelvormig en meer breed dan hoog. De omwindselbladen zijn smal langwerpig en 2 tot 4 mm breed. Ze lopen uit in scherpe stekels. De onderste staan wijd af. De bloemhoofdjesbodem zonder haren, maar wel met opstaande, getande richeltjes.

Vruchten - Een eenzadige dopvrucht of nootje. De zaden zijn afgeplat vierkantig en dragen een kroontje van roodachtige haren. De zaden zijn langlevend (> 5 jaar). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).

Bodem - Zonnige, open plaatsen op droge, matig voedselarme tot matig voedselrijke, met name stikstofrijke, kalkrijke, humusarme, omgwerkte grond (zand, mergel, zavel en stenige plaatsen).

Groeiplaats - Heggen, bermen, langs ruiterpaden, dijken, zeeduinen, aan de voet van zuidhellingen, langs spoorwegen (spoorwegterreinen), industrieterreinen, ruigten (kalkrijke ruigten), ruderale plaatsen, stortplaatsen, braakliggende grond en afgravingen (in kalkgroeven met opgehoopt afgebrokkeld materiaal).
Familie: Asteraceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Niet bedreigd
Zeldzaamheid: algemene soort
Ecologische groep: kalkrijke ruigten
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website