Koningsvaren

Osmunda regalis


© Laurens Sparrius

Ecologie & verspreiding
Koningsvaren staat op zonnige tot half beschaduwde, vochtige tot natte, zure tot zwak zure, meestal basenarme, matig stikstofrijke, voedselarme tot matig voedselarme, humeuze zand-, leem- en veengrond. Ze groeit in lichte en natte loofbossen, in houtwallen en hakhout, in struwelen en ruigten, in duinvalleien en langs spoorwegen. Verder langs beschaduwde slootkanten en spoorsloten, langs greppels en in eendenkooien, in veenmoerassen en oud, ijl rietland met veel veenmos, in bermen en op veendijken. Nederland valt geheel binnen het Europese areaal van de plant. De soort is plaatselijk vrij algemeen het midden, oosten en noordoosten van ons land en in Noord-Brabant, zeldzaam in de veengebieden van Noord- en Zuid-Holland en zeer zeldzaam in het kustgebied en Zuid-Limburg. De soort is goed herkenbaar door het ontbreken van stroschubben en dekvliesjes en verder gaan de sporendoosjes open met 2 kleppen. De plant groeit langzaam en kan meer dan een eeuw oud worden. Vroeger werd ze verzameld voor de bloemisterij.
Familie: Osmundaceae
Groep: varens (sporenplanten)
Status: Niet bedreigd
Zeldzaamheid: algemene soort
Ecologische groep: natte bossen
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website