Veldsalie

Salvia pratensis


© Adrie van Heerden

Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)

Bloeitijd - mei - juli

Hoogte - 0,30-0,60 m.

Geslachtsverdeling - tweeslachtig

Wortels - Een forse, vaak meerkoppige wortelstok. Worteldiepte tot meer dan 1 meter.

Stengels/takken - De stengels staan rechtop.

Bladeren - Rozetbladeren met een lange steel. Aan de bloeistengels groeien enkele paren korter gesteelde tot zittende bladeren. De bladeren zijn eirond tot langwerpig. Ze hebben een hartvormige voet en een vrij stompe top. Ze zijn iets rimpelig en gekarteld. De schutbladen zijn klein, hebben een gave rand en zijn hartvormig. De planten verspreiden een duidelijke geur.

Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De bloemen vormen vormen schijnkransen in de oksels van de schutbladen. De schijnkransen bevatten 4 tot 8 bloemen. De 1½ tot 3 cm lange bloemen zijn donkerblauw of heel soms roze of wit. De kelk is 0,7 tot 1,1 cm lang en tweelippig met een korte drietandige bovenlip en een tweetandige onderlip. De kelk is erg kleverig door klierharen.

Vruchten - Een splitvrucht. De zaden zijn zeer kortlevend (< 1 jaar). Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).

Bodem - Zonnige, warme plaatsen op matig droge tot matig vochtige, matig voedselarme tot matig voedselrijke, kalkhoudende grond (zavel, leem, slibhoudend zand en lichte klei).

Groeiplaats - Grasland (rivierbegeleidend grasland en kalkgrasland), rivierdijken (dijkgrasland), rivierduinen, bermen, kalkhellingen en langs spoorwegen (spoorbermen).
Familie: Lamiaceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Rode Lijst: Kwetsbaar
Zeldzaamheid: zeldzame soort
Ecologische groep: kalkgraslanden
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website