Genaalde streepvaren

Asplenium fontanum


© Kim Lotterman

Ecologie & verspreiding
Genaalde streepvaren staat op licht beschaduwde tot beschaduwde, vochtige tot relatief droge , meestal kalkrijke, maar soms vrij zure, stenige bodems. Deze wintergroene streepvaren groeit op muren en in muurspleten, op rotsen en oude puinhellingen, aan bosranden, in bermen, op oeverwallen en in putten. Het verspreidingsgebied van deze Europese soort omvat Zuidwest-Europa, reikt niet noordelijker dan de Alpen en heeft Nederland als noordelijke voorpost. De soort is zeer zeldzaam ingeburgerd. Voor het eerst in 1988 gevonden op een kademuur in Amsterdam, die kort nadien gesloopt is. De plant lijkt sterk op de Forez-streepvaren maar wijkt daarvan af door o.a. het feit dat de bladschijf naar de basis toe sterk versmald is, de onderste deelblaadjes cirkelrond zijn en dat de bladsteel alleen aan de voet zwartbruin is en verder groen. Dit alles in tegenstelling tot de andere soort waar de bladschijf nauwelijks versmald is, de eerste deelblaadjes veel langer dan breed zijn en de geheel bruine bladsteel.
Familie: Aspleniaceae
Groep: varens (sporenplanten)
Status: onbestendige soort
Zeldzaamheid: verdwenen
Ecologische groep: muren
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website