Klein gladkelkje

Leiocolea bantriensis


© Michael Lueth (www.milueth.de)

Ecologie & verspreiding
Ecologie
Leiocolea bantriensis groeit vooral op beschaduwde mergelrotsen, o.a. in groeven. Daar kan de soort vrij algemeen zijn. In Nederland is de soort ook beperkt tot dit milieu. In het buitenland groeit de soort ook wel in basische kwelmilieus.

Verspreiding
Leiocolea bantriensis is afgezien van een recente vondst in Zuidoost-Brabant (2002) beperkt tot Zuid-Limburg.  De grootste concentratie aan opgaven van deze soort is afkomstig uit de omgeving van Geulhem. De soort is hier behalve in de aanwezige groeven te vinden op de vaak vochtige noordwanden van de kalkrotsen. Verder zijn er o.a. recente vondsten op mergelwanden in het Savelsbos en zelfs van een kademuur in Valkenburg. Door de zeldzaamheid van het voor deze soort geschikte milieu zal het echter in Nederland altijd een zeldzame soort blijven. De vondst in Zuidoost-Brabant betreft een waarneming in 2002 op aangevoerde mergelblokken in Someren. De soort zou zich daar spontaan gevestigd hebben (van Melick, 2007). Ook de vondst bij Wageningen (2006) is gedaan op aangevoerde mergel.
De soort komt in grote delen van Europa wel voor maar is bijv. in Duitsland vrijwel beperkt tot de Alpen.  

Summary
Leiocolea bantriensis is in the Netherlands almost completely restricted to calcareous rocks. In the Netherlands these rocks can only be found in the South of Limburg. There the species is rather common on wet and shadowed, mainly north-facing rocks.
Familie: Lophoziaceae
Groep: Levermossen
Status: Rode Lijst: Gevoelig
Zeldzaamheid: zeer zeldzame soort
Biotoopvoorkeur: Pioniers op baserijke steen
Substraatvoorkeur: steen
© 2024  BLWG
Ga naar de volledige website