Gedrongen schoffelmos

Scapania compacta


© Laurens Sparrius

Ecologie & verspreiding
Scapania compacta groeit op net vastgelegde stuifzanden alsmede op noordhellingen en steilkanten langs paadjes in stuifzanden en in heide. Het zand dient bij voorkeur wat lemig te zijn. Scapania compacta laat een dramatisch verspreidingsbeeld zien. Behalve in Drenthe en naburig Friesland lijkt deze mediterraan-atlantische soort vrijwel verdwenen te zijn. Van de enkele vondsten in Midden- en Zuid-Nederland van na 1980 is alleen de vondst in de Loonse en Drunense Duinen in Brabant van recente datum (2004). Ook in Drenthe wordt de soort snel zeldzamer. De sterke achteruitgang hangt mogelijk vooral samen met stikstofdepositie en daarmee met vergrassing van de heide. Dit zou ook kunnen verklaren, waarom de soort in het zuiden en midden van het land sterker achteruitgaat dan in het noorden. De achteruitgang van deze soort komt sterk overeen met die van bijv. de Barbilophozia-soorten. Opvallend is dat dit juist, in tegenstelling tot de vooral submediterraan-subatlantische Scapania compacta, veelal boreaal-montane soorten zijn. De vrijwel even grote boven- en onderlob onderscheidt S. compacta van de andere inlandse soorten van het geslacht Scapania.
Familie: Scapaniaceae
Groep: Levermossen
Status: Rode Lijst: Ernstig bedreigd
Zeldzaamheid: zeer zeldzame soort
Biotoopvoorkeur: Heide en heidebebossing
Substraatvoorkeur: grof zand en gruis
© 2024  BLWG
Ga naar de volledige website