Straatwolfsmelk

Euphorbia maculata


© Peter Meininger

Ecologie & verspreiding
Straatwolfsmelk is een nieuwkomer in het stedelijk gebied die haar optimum heeft tussen straatstenen (zoals de naam al aangeeft) en grindbedden. Ze komt voor in binnensteden op begraafplaatsen en langs het spoor op snelopwarmende stenige plaatsen. Deze van oorsprong Noord-Amerikaanse soort is in meerdere Europese landen al decennia ingeburgerd. In Nederland dateert de eerste vondst uit 1997. Mogelijk is ze vanuit tuincentra met plantgoed meegekomen en vandaar uit in de steden verwilderd. De verwachting is dat ze nog verder toe zal nemen. Straatwolfsmelk is de algemeenste van een aantal nauwverwante wolfsmelksoorten van het (onder)geslacht Chamaesyce. De soorten worden gekenmerkt door een (meestal) liggende groeiwijze, tegenoverstaande bladeren en de aanwezigheid van steunblaadjes. Straatwolfsmelk onderscheidt zich van andere 'Chamaesyce' soorten door de gelijkmatig behaarde vrucht en de (meestal aanwezige) vlek op het blad. Het is goed om te letten op de nauwverwante en te verwachtte soorten Euphorbia prostrata, humifusa en serpens. Straatwolfsmelk en overige 'Chaemcyse' zijn in tegenstelling tot andere wolfsmelk-soorten C4-planten, waarbij de vastlegging van kooldioxide in twee stappen plaats vindt in verschillende delen van de plant. Hierdoor kunnen deze planten efficiënter kooldioxide opnemen bij lagere concentraties bij het sluiten van de huidmondjes.
Familie: Euphorbiaceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Zeldzaamheid: algemene soort
Ecologische groep: muren
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website