Gewone gunnera

Gunnera tinctoria


© Willem Braam

Ecologie & verspreiding
Het oorspronkelijke areaal van Gunnera tinctoria omvat westelijk Zuid Amerika van Chili tot in Columbia. Het is een overblijvende, kruidachtige plant van gigantische afmetingen. De bladen kunnen een diameter van 2 meter bereiken met bladstelen van 1 meter lang; de bloeiwijze met enkele honderdduizenden enkele millimeters grote bloemetjes kan tot 1 meter lang worden. Rond 1850 is de plant als sierplant ingevoerd in het Verenigd Koninkrijk. Dankzij de spectaculaire groeivorm werd het al gauw een populaire tuinplant. De eerste gevallen van verwildering werden rond 1900 gesignaleerd. Vooral langs de westelijke kusten van de Britse eilanden is de soort nu veelvuldig verwilderd. Ook in andere streken met een uitgesproken Atlantisch klimaat, met zachte winters, zoals de Atlantische kusten van Frankrijk en Spanje, de Azoren en Nieuw Zeeland heeft de soort zich gevestigd. In Ierland en Nieuw Zeeland is de soort invasief en wordt daar plaatselijk bestreden. Dankzij een symbiose met stikstofbindende Blauwwieren uit het geslacht Nostoc kan de plant atmosferische stikstof binden. Vestiging uit zaad treedt vooral op in onbegroeide, vochtige pionierhabitats. De zaden worden verspreid door stromend water en vogels. Eénmaal gevestigd breidt de soort zich door middel van dikke wortelstokken vegetatief uit, waarbij dichte vegetaties ontstaan waarin alle overige soorten worden verdrongen. Alle groeiplaatsen in Nederland lijken vooralsnog terug te voeren te zijn op aanplant of vestiging uit gedumpte wortelstokken. Onder de namen Gewone gunnera, Reuzenrabarber, Sierrabarber en Mammoetblad is de soort in de handel geweest. Sinds 2017 staat de soort op de EU-Unielijst met invasieve exoten. Dit houdt onder meer in dat de soort binnen de EU niet meer mag worden verhandeld en dat lidstaten verplicht zijn om in de natuur aanwezige populaties op te sporen en indien mogelijk te verwijderen. Is verwijdering niet meer mogelijk dan dient de soort dusdanig beheerd te worden dat verdere verspreiding zoveel mogelijk wordt voorkomen. Gunnera tinctoria lijkt veel op de uit Brazilië afkomstige Gunnera manicata. In de handel wordt deze soort met dezelfde Nederlandse namen (o.a. Mammoetblad) aangeduid. G. manicata kan nog forser worden dan G. tinctoria. In Ierland blijkt deze soort winterharder te zijn dan G. tinctoria.
Familie: Gunneraceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Status: exoot (na 1900 verwilderd of aangeplant)
Zeldzaamheid: zeer zeldzame soort
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website