a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z
kaart
Macropodia tenuirostris (Leach, 1814)

Grote hooiwagenkrab
algemeen | beleid en bescherming | taxonomie | trend

Typering: Mariene kreeftachtige. Krab.
Herkenning
Mannetjes tot 33 mm (rugschild). Kleur: het rugschild is geelbruin tot roodbruin, het hele dier kan roodachtig zijn. Carapax langwerpig-driehoekig. De voorkant (rostrum) is lang, sterk toegespitst en zwak omhooggebogen. Het loopt uit in twee lange punten, die over de gehele lengte tegen elkaar liggen. De punten van het rostrum zijn duidelijk langer dan de steel van de antennen. Op het rugschild en verdere lichaam staan diverse, vaak min of meer stekelvormige tuberkels. Los daarvan is het schildoppervlak relatief glad, met alleen haakvormige borstelharen (setae). Rondom het midden lopen de beide zijkanten uit in puntige uitsteeksels. Het gedeelte van het rugschild onder het midden (protogastricale zone) is gezwollen en draagt een duidelijke stekel. Ook op de metagastricale en de cardiacale zones en elders op het schild staan al dan niet stekelvormige tuberkels. De ogen hebben een goed ontwikklde cornea en staan op een vrij dikke oogsteel. Op de onderzijde van het basissegment van de steel van de antenne, staan drie duidelijke stekeltjes, een daarvan staat direct aan de basis. Ook aan het uiteinde van de antennesteel staat een stekeltje. De antennulen liggen opgevouwen in holten onder het rostrum. Alle poten zijn behaard en erg lang en dun: van de eerste twee paar looppoten is de merus aanzienlijk langer dan het gehele rugschild. Aan het distale einde van de betreffende merus staan steeds 4-5 lange stekels. De schaarpoten zijn veel korter dan de overige, maar in hun geheel langer dan het rugschild. Op het ischium van de schaarpoten staan twee stekels. Aan de binnenzijde van de merus zit een rijtje tuberkels, aan de onderzijde is er eveneens een rand met afwisselend grotere en kleinere stekels. De carpus van de schaarpoten draagt drie stekels onderaan, plus een nabij het gewricht van de merus. Op de rand van de propodus staat ook een rij stekeltjes. De vingers van de schaarpoten sluiten goed op elkaar, de snijvlakken zijn zwak getand. Bij vrouwtjes zijn de schaarpoten wat minder sterk ontwikkeld. Van de laatste twee paar looppoten heeft de dactylus een enkele rij wijd uiteen staande stekels. Het omgeklapte abdomen van de mannetjes is langs de randen behaard, de rand van het laatste abdomen-segment is afgerond.
Te verwarren met:
Andere Macropodia-soorten (hooiwagenkrabben), eventueel ook Inachus-soorten (sponspootkrabben).