Ruwe berk

Betula pendula


© Willem Braam

Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)

Bloeitijd - april - mei

Hoogte - 6,00-30,00 m.

Geslachtsverdeling - éénslachtig, éénhuizig

Wortels -

Stengels/takken - De stam is eerst roodbruin, maar wordt later zilverwit en gaat dan afschilferen, nog later krijgt de stam donkere knoesten. Oudere zijtakken zijn wit, jonge takken zijn dun en overhangend, Ze worden spoedig kaal. Door harsklieren hebben ze een min of meer wrattig oppervlak.

Bladeren - De ruitvormig eironde bladeren worden 3 tot 7 cm groot. Ze zijn kaal (ook in de nerfoksels) en dun. Daar waar het blad het breedst is buigen ze min of meer hoekig om. Ze zijn regelmatig dubbel gezaagd, toegespitst en aan de voet meestal wigvormig. Jonge takken en bladeren van waterloten wijken sterk af en lijken vaak veel op die van de Zachte berk.

Bloemen - Eenslachtig (een bloem met alleen mannelijke of alleen vrouwelijke geslachtsorganen). Eenhuizig (mannelijke en vrouwelijke bloemen op dezelfde plant).De katjes zijn geelachtig. De hangende mannelijke katjes worden 3 tot 6 cm lang. Ze zijn niet bedekt en rijpen tijdens het uitlopen van de bladeren. Vrouwelijke katjes staan rechtop en worden 1½ tot 3 cm groot. De schutbladen hebben ronde, teruggebogen zijslippen.

Vruchten - Een eenzadige dopvrucht of nootje. De vruchtschubben zijn 3-lobbig. Bij rijpheid vallen ze af. Het nootje is gevleugeld. De vruchtvleugel is 2 tot 3 keer zo breed als het nootje. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).

Bodem - Zonnige tot licht beschaduwde plaatsen op zeer droge tot matig vochtige, voedselarme tot matig voedselrijke, zwak zure tot zure, maar soms kalkhoudende grond (zand, leem, mergel, veen en stenige plaatsen).

Groeiplaats - Bossen (loofbossen en naaldbossen), bosranden, houtwallen, kapvlakten, stormvlakten, heide, waterkanten (langs vennen), zeeduinen (droge duinhellingen en binnenduinranden), langs spoorwegen (weinig gebruikte delen van spoorwegterreinen), mijnsteenbergen, braakliggende grond en in grote holten van vervallen muren.
Familie: Betulaceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Niet bedreigd
Zeldzaamheid: algemene soort
Ecologische groep: bossen op droge, zure grond
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website