Noordse rus

Juncus balticus


© Annie Vos

Ecologie & verspreiding
Noordse rus staat op zonnige, vaak open, matig voedselrijke, neutrale tot meestal kalkhoudende, vochtige tot vaak natte, humusarme, niet te zilt duinzand en laagveen. Ze groeit in natte duinvalleien, op groene stranden, langs gegraven duinplassen, op van de zee afgesneden strandvlakten en op karrensporen. De standplaatsen vertonen vaak een sterke wisseling in de waterstand. De plant gedraagt zich vaak als een pionier en kan zich met haar lange rhizomen snel vestigen, maar heeft slechts een heel geringe tolerantie tegen zout. Het areaal van deze Rus omvat de koudere streken van het Noordelijk Halfrond en reikt langs de kusten van Noordwest- en Noord-Europa tot op Texel en heeft een nog zuidelijkere voorpost in het laagland van België. De soort is beperkt tot het Waddengebied en is daar vrij zeldzaam. Verwarring met Heen kan voorkomen worden door er o.a. op te letten of de onderste bladschijf al of niet een stijve, stekende bladschede draagt. Die stekende bladschijf hoort bij Heen.
Herkenning (bron: wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra)

Bloeitijd - juni - augustus

Hoogte - 0,30-0,75 m.

Geslachtsverdeling - tweeslachtig

Wortels - De kruipende wortelstok is bedekt mett roodbruine schubben.

Stengels/takken - De stengels staan in rijen. Ze zijn glad, grijsgroen, helemaal met merg gevuld en aan de voet omhuld door enige helderbruine scheden zonder bladschijf.

Bladeren - De bladeren zijn dofgroen.

Bloemen - Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De alleenstaande bloemen groeien in een tamelijk losse bloeiwijze met schuin tot recht omhoog staande, vaak iets S-vormig gebogen takken. De helmknoppen zijn 1 tot 1½ mm lang en 1½ tot 2 keer zo lang als de helmdraden.

Vruchten - Een doosvrucht. De zaden zijn langlevend (> 5 jaar). Eenzaadlobbig (kiemend met één kiemblaadje).

Bodem - Zonnige, vaak open plaatsen op vochtig tot vaak nat, matig voedselarm, neutraal tot meestal kalkhoudend, humusarm (niet te zilt) duinzand en laagveen.

Groeiplaats - Zeeduinen (natte duinvalleien, groene stranden, langs gegraven duinplassen, van de zee afgesneden strandvlakten en karrensporen).
Familie: Juncaceae
Groep: eenzaadlobbigen (bloemplanten)
Status: Rode Lijst: Gevoelig
Zeldzaamheid: zeer zeldzame soort
Ecologische groep: laagvenen
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website