Ui

Allium cepa


Ecologie & verspreiding
Ui is al meer dan 3000 jaar in cultuur en wordt in vele variëteiten wereldwijd verbouwd op droge tot vochtige, voedselrijke, goed gedraineerde zand, leem- en kleigrond onder wisselende klimaatomstandigheden. De herkomst van de plant is onzeker, maar waarschijnlijk stamt ze uit Midden-Azië hoewel daar nooit wilde exemplaren zijn aangetroffen. In Europa wordt de soort sinds de Middeleeuwen verbouwd, ze verwildert gemakkelijk uit weggeworpen materiaal en kan zich dan enige tijd handhaven. In Nederland wordt Ui her en der aangetroffen, maar (nog) niet in het noordoosten en noorden van het land. Ze wordt gekenmerkt door o.a. de holle stengel die onder het midden buikig opgeblazen is en alleen onderaan holle, halfronde en opgeblazen bladeren draagt. Alle soorten van het geslacht verspreiden, zeker bij kneuzing, een uiengeur die te danken is aan zwavelverbindingen die van groot belang zijn door hun antibacteriële en eetlust opwekkende werking. Ui werd vroeger medisch gebruikt tegen hoofdpijn, onvruchtbaarheid en hoesten.
Groep: eenzaadlobbigen (bloemplanten)
Zeldzaamheid: zeldzame soort
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website