Knopaloëmos

Aloina brevirostris


© Michael Lueth (www.milueth.de)

Ecologie & verspreiding
Ecologie
Aloina brevirostris groeit op open basenrijke klei en leem in en bij afgravingen. Het voorkomen van de soort lijkt sterk aan locaties met menselijke invloeden gerelateerd. Uit omringende landen worden vondsten uit kalk-, zand- en kleigroeven en van bouwterreinen, kunstmesthopen (!) en afvalbergen gemeld. De Nederlandse standplaatsen sluiten daar goed bij aan: leemdepots bij steenfabrieken, de kalksteengroeve te Winterswijk en een gronddepot op een crossterrein. De standplaatsen zijn meestal wat vochtiger dan die van de andere Aloina-soorten.

Verspreiding
A. brevirostris is alleen na 1980 aangetroffen. Inmiddels is de soort van vijf atlasblokken bekend, alle gelegen op het Pleistoceen op leemrijke plekken. De eerste vondsten werden in 1983 ten noorden van Eindhoven gedaan op het leemdepot van een steenfabriek en later op enkele leemrijke plekken in de omgeving. De laatste vondst op deze plek in de database dateert van 1994. Slechts een week na de eerste vondst bij Eindhoven volgde de ontdekking in de steengroeven te Winterswijk. Bij een revisie van enkele Aloina collecties bleek onlangs dat de soort daar ook in 1981 al verzameld was. De laatste waarneming uit Winterswijk dateert van 1995. Tussen 1991 en 1997 volgden vondsten bij de steenfabriek bij Rijen. De voorlopig laatste waarneming dateert uit 2007 van een niet zo prozaïsche plek: leemhoudend zand op een crossterrein bij Goor.
De soort is niet bekend uit België en groeit verspreid in midden en noord Duitsland. In Engeland zijn verspreide vondsten in het midden en zuiden gedaan.

Summary
Aloina brevirostris is a very rare loam specialist only seen since 1980. All records are from places where loam has been brought to the surface by human influence.
Familie: Pottiaceae
Groep: Bladmossen
Status: Rode Lijst: Gevoelig
Zeldzaamheid: zeer zeldzame soort
Biotoopvoorkeur: Kale cultuurgrond
Substraatvoorkeur: klei en leem
© 2024  BLWG
Ga naar de volledige website