Postelein-waterlepeltje

Ludwigia peploides subsp. montevidensis


© Wim van Vliet

Ecologie & verspreiding
Postelein-waterlepeltje (of Kleine waterteunisbloem) is afkomstig uit Zuid-Amerika en geïntroduceerd in Europa als vijverplant. In Zuid-Europa kan de soort woekeren in natuurgebieden en zo de overige vegetatie wegconcurreren. In Nederland zijn enkele vondsten gedaan sinds 2003, waarvan de meesten verwijderd zijn. Kleine waterteunisbloem is een overblijvende water- en oeverplant die voorkomt in en langs zwak stromend of stilstaand zoet water in kanalen, vaarten, meren, vijvers en greppels. Ook droogvallende oevers en vochtige graslanden kunnen worden gekoloniseerd. De plant heeft op de knopen wortelende stengels, welke dichte matten kunnen vormen en tot een meter boven het wateroppervlak uit kunnen steken. De planten verspreiden zich via stengelfragmenten die elders wortelen. De soort lijkt op Waterteunisbloem Ludwigia grandiflora, maar is te onderscheiden met de grootte van de bloem en de vorm van het blad. Kleine waterteunisbloem heeft 7-17 mm lange kroonbladeren en 3-6 cm lange bladen met een duidelijke bladsteel en -schijf. De kroonbladeren van Waterteunisbloem zijn 15-25 mm lang en de 6-12 cm lange bladen lopen af langs de bladsteel. Sinds 2016 staat de soort op de EU-Unielijst met invasieve exoten. Dit houdt onder meer in dat de soort binnen de EU niet meer mag worden verhandeld en dat lidstaten verplicht zijn om in de natuur aanwezige populaties op te sporen en indien mogelijk te verwijderen. Is verwijdering niet meer mogelijk dan dient de soort dusdanig beheerd te worden dat verdere verspreiding zoveel mogelijk wordt voorkomen..
Familie: Onagraceae
Groep: tweezaadlobbigen (bloemplanten)
Status: exoot (na 1900 verwilderd of aangeplant)
Zeldzaamheid: zeer zeldzame soort
Ecologische groep: voedselrijke oevers
© 2024  FLORON
Ga naar de volledige website