a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z
kaart
Eualus occultus (Lebour, 1936)

Verscholen waaiergarnaal
algemeen | beleid en bescherming | taxonomie | trend

Typering: Mariene kreeftachtige. Garnaal.
Herkenning
Tot 22 mm. Kleur variabel: doorzichtig met roodbruine en zwarte vlekken/stippen, of met grotere rode vlekken op rugschild en poten en fijne stipjes op het achterlijf. Voorkant van het rugschild en de aanhechting van de poten vaak vaalgroen. De iets boven de ogen uitstekende, verticaal staande voorzijde van het rugschild (rostrum) is kort, met bovenop 2-3 tanden en een gevorkt uiteinde. Net onder de oogkas een duidelijke stekel. Van de voelsprieten zijn de beide antennulen kort, de daaronder staande antennen zijn veel langer, bijna de lengte van het gehele lichaam. Van de eerste drie lichaamssegmenten is de zijkant afgerond, bij het vierde en vijfde eindigt het segment opzij in een punt. Het zesde achterlijfsegment is langer. Het laatste staartdeel (telson) aan de achterkant van het staartstuk is spits, met aan beide kanten 3-4 kleine, beweegbare stekels. Het eerste paar poten is kort, de scharen zijn klein. Het tweede paar poten is langer en de carpus bestaat uit 7 segmenten. De achterste drie paar looppoten zijn gelijk, met een in twee stekels eindigende vinger.
Te verwarren met:
Twee andere, zeldzamere Eualus-soorten: Eualus cranchii (Bonte waaiergarnaal) en Eualus pusiolus (Witgevlekte waaiergarnaal). Verschillen zitten o.a. in de vorm van het rostrum en het aantal segmenten van het tweede paar poten (bij Eualus cranchii zijn dit er 6, bij E. pusiolus ook 7).