a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z
algemeen | beleid en bescherming | ecologie & verspreiding | taxonomie | trend

Typering: Mariene mosdiertje
Herkenning
Cribrilina punctata vormt vaak een grote korst. Zoïden zijn ovaal en convex. Het frontaal schild bestaat uit 6 tot 14 costae met 2 tot 4 grote, onregelmatig gevormde intercostale ruimten tussen elke opeenvolgende costa. De opening is proximaal begrensd door een dikke gebogen balk, dikwijls gebobbeld in het midden. Er zijn 3 tot 5 lange orale stekels aanwezig in jonge zoïden maar die gaan later verloren. Slechts twee stekels zijn aanwezig als er een broedkamer is. Avicularia komen voor in de proximo-laterale hoeken van de opening, vaak is één of beide afwezig. Avicularia ietwat schuin distaal gericht. Broedkamers glad, bolrond met duidelijke poriën. De embryo’s zijn roze. De ancestrula is frontaal membraneus en omringd door stekels.
Te verwarren met:
Deze soort kan verward worden met Collarina gautieri maar deze heeft een ancestrula met dezelfde vorm als een gewone zoïde, dus niet frontaal met een membraan. Bij Collarina gautieri staat distaal op de broedkamer vaak een avicularium, wat niet het geval is bij Cribrilina venusta.
Controle: Detailfoto van zoide of materiaal opsturen laten beoordelen door expert.
Auteurs: Hans De Blauwe
 
foto57128