a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z
algemeen | beleid en bescherming | ecologie & verspreiding | taxonomie | trend

Typering: Mariene mosdiertje
Herkenning
Celleporella hyalina vormt korsten, vaak met dichte concentraties van zoïden en broedkamers. De zoïden zijn 0,3-0,4 mm lang, worstvormig. Ze zijn, eerst doorschijnend en worden later wit. De zoïden liggen tegen elkaar aan met nauwe tussenruimten, die later tijdens de groei verborgen worden door frontaal ontspringende vrouwelijke zoïden met broedkamers. De zoïden zijn langwerpig, sterk convex en dwarsgestreept, vaak met een bultje net voor de opening. De opening is rond met een brede ondiepe sinus, zonder scharnierpunten. Buisvormige korte verbindingen tussen aangrenzende zoïden. De vrouwelijke zoïden ontspringen op het frontaal oppervlak van gewone zoïden en vormen een tweede laag. Ze zijn kort en driehoekig en hebben een bolvormige broedkamer. De gemeenschappelijke opening van de vrouwelijke zoïden en de broedkamers is veel breder dan lang. De mannelijke zoïden lijken op de gewone zoïden, maar hebben een kleinere opening. De broedkamers hebben frontale poriën. De embryo’s zijn lichtgeel.
Te verwarren met:
Celleporella hyalina is te verwarrren met Chorizopora brongniartii, Deze laatste soort heeft echter avicularia die C. hyalina niet heeft.
Auteurs: Hans De Blauwe
 
foto52351
foto52350