a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z
kaart
Celleporina caliciformis (Lamouroux, 1816)

algemeen | beleid en bescherming | ecologie & verspreiding | taxonomie | trend

Typering: Mariene mosdiertje
Herkenning
De zoïden van Celleporina hassalli liggen aan de rand van de kolonie vlak. Verder van de kolonierand staan ze meer opgericht en dichter opeen. Het frontale oppervlak is glad, vaak glasachtig met enkele marginale poriën. De opening van de zoïde is rond met een diepe, brede U-vormige sinus. Links en rechts van de opening staat een zuilvormig opgericht avicularium, vaak zijn die iets naar elkaar toe gebogen. Het peristoom vormt geen hoge hoek proximaal aan de opening. De avicularia links en rechts van de opening zijn zuilvormig, met een eindstandig rostrum. Vaak zijn grotere, vervangende, spatelvormige avicularia aanwezig op de kolonie. De broedkamers zijn bolrond, glad met een breed maanvormig afgeplat veld, dat omrand is door poriën. De embryo’s zijn rood. De ancestrula heeft een frontale ovaal membraan dat omringd is door ongeveer 7 stekels.
Te verwarren met:
Celleporina hassalli is te verwarren met het Puimsteenmosdiertje )Cellepora pumicosa dat een ongeveer gelijke kolonievorm heeft. De twee zuilvormige avicularia naast de opening en sinus in de opening zijn echter onderscheidend. C. hassallii is tijdelijk zonder voldoende bewijs C. caliciformis genoemd en deze laatste naam moet als nomen oblitum beschouwd worden.
Auteurs: Hans De Blauwe
 
foto52352