a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z
kaart
Eupithecia abietaria (Goeze, 1781)

Spardwergspanner
algemeen | taxonomie | ecologie | herkenning | trend en fenologie | feedback (0)

Familie:Geometridae
Status:bron: Voorlopige Rode Lijst Nachtvlinders 2012gevoelig

Voorkomenbron: Vlinderstichting.nl
Zeldzaam. Komt verspreid over het land lokaal voor op de zandgronden. RL: gevoelig.
Herkenning
Kenmerk: Voorvleugellengte: 11-15 mm. Een van de grootste van de Eupithecia-soorten die in Nederland voorkomen en daaraan meestal duidelijk te herkennen; soms komen echter kleinere exemplaren voor. De voorvleugel is vrij breed en heeft een duidelijke zwarte middenstip. De centrale dwarslijnen zijn zwart afgezet, vooral langs de voorrand, en vormen daar vaak twee zwarte vlekken; de vlek bij de binnenste dwarslijn vloeit vaak samen met de middenstip tot een grote, dikke zwarte balk. Zowel in het wortelveld als in het zoomveld bevindt zich een bruine dwarsband; het achterlijf heeft aan de basis eveneens een bruine band. Er is enige variatie in tekening.
Kenmerken rups: Rond 18 mm; lichaam dof roze-achtig bruin met kleine zwarte vlekjes op de rug en een zwart nekschild op segment een; kop zwart.Uiterlijk Porter: 20-22 mm. Lijf flets rozeachtig met een zichtbare donkerder rugader, een bruine kop en een donkerbruine nekplaat. Op rug en flanken een paar kleine grijsachtige wratjes.
Meer informatie op de website van De Vlinderstichting