a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z
algemeen | beleid en bescherming | ecologie & verspreiding | taxonomie | trend

Typering: Leptothecata (schijf- of komvormige meduse)
Herkenning
De poliep vormt kolonies die bestaan uit kruipende stolonen waaruit solitaire hydrothecae (omhulsel dat de poliepen omsluit) of vertakte assen (zonder duidelijk hoofdas) tot enkele mm hoog groeien. De poliepsteeltjes zijn over de gehele lengte geringd of gegroefd. De hydrotheca is spoelvormig. De poliep heeft 16-20 tentakels en kan zich volledig terugtrekken in het hydrotheca. De gonotheca (omhulsel van de voortplantingsstructuren) is omgekeerd kegelvormig en groeit aan de stolonen of op de poliepsteeltjes vlak onder de hydrotheca. De meduse bestaat uit een halfbolvormig scherm (13 mm in diameter, tot 10 mm hoog). De maag is kort, heeft geen maagsteel, en heeft vier brede lippen met vier zwarte pigmentvlekken daartussen. Verder heeft de meduse vier nauwe radiale kanalen en een nauw ringkanaal. Aan de rand zijn 16-20 tentakels aanwezig die aan de basis verdikt zijn (deze verdikking heeft een bulbus). Tussen de tentakels staan 1-3 bulbi (verdikkingen) die niet uitgegroeid zijn tot volledige tentakels. Aan beide kanten van elke bulbus (zowel van de ontwikkelde als de niet-ontwikkelde tentakels) staat een spiraalvormige cirrus (dunne, tentakelachtige structuur zonder bulbus).
Te verwarren met:
De meduse is te verwarren met de meduse van Eucheilota flevensis. E. flevensis heeft echter (volgens de beschrijving van Van Kampen 1922) twee spiraalvormige cirri aan beide kanten van de tentakelbulbi en heeft geen pigmentvlekken op de lippen. De exemplaren van E. flevensis die gevonden zijn in de Waddenzee hadden deze onderscheidende kenmerken echter niet, en het verschil met E. maculata is dusdanig klein dat niet zeker is of het wel twee aparte soorten betreft. De poliep vertoont grote gelijkenis met Phialella quadrata en Opercularella lacerata.
Controle: Foto
Auteurs: Luna van der Loos
Marco Faasse