a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z
algemeen | ecologie & verspreiding | beleid & bescherming | taxonomie | literatuur (1) | feedback (0)

Familie:Callionymidae
Voorkomen in Nederland
Status:bron: Rode Lijst Vissen 2016Rode lijst: Thans niet bedreigd
Trend sinds 1950:bron: Rode Lijst Vissen 2016Matig afgenomen
Zeldzaamheid:bron: Rode Lijst Vissen 2016Algemeen
Typering: Mariene vissoort
Auteur: W. Vlierhuis / Niels Schrieken / IvL
Herkenning
Slanke vis met en naar achteren toe versmallend lichaam dat aan de buikzijde afgeplat is. Maximaal 20 (vrouwtjes) en 30 cm (mannetjes). Lichtbruin tot oranjebruin. Rug met drie donkere banden. Flanken met zes bruine vlekken. Mannetjes in de paaitijd met opvallende iriserend lichtblauwe en gele strepen en vlekken op zowel kop, lijf als vinnen. Vrouwtjes bruinachtig, veel minder sterk gekleurd. Brede, hoekige kop die naar boven toe versmalt. De snuitlengte is 2-3 keer zo lang als de oogdiameter. De ogen liggen hoog. De bek is vrij klein, met een uitstulpbare bovenkaak. De voorste rugvin is bij vrouwtjes klein en kort, maar bij mannetjes lang en driehoekig. Deze met stekels versterkte vin kan recht omhoog staan (vooral bij de balts). De tweede rugvin staat er direct achter en is langer, korter en bovenaan min of meer recht. De anaalvin is iets langer en zit direct onder de tweede rugvin. Staartvin waaiervormig, buikvinnen ingeplant vóór de borstvinnen (keelstandig). Kieuwdeksels met vier stevige stekels, waarvan één naar de bek gericht. Er is geen kieuwspleet, in plaats daarvan zit boven in de kop een kieuwopening.
Te verwarren met:
Lijkt op de Rasterpitvis Callionymus reticulatus. Deze blijft echter kleiner (mannetjes tot circa 12 cm, vrouwtjes een derde kleiner). Een duidelijk verschil is dat de snuit van de Rasterpitvis korter is, hoogstens anderhalf maal de lengte van de oogdiameter. Bovendien heeft die soort op het kieuwdeksel slechts 3 kleine achterwaarts gerichte stekels.
Auteurs: W. Vlierhuis / Niels Schrieken / IvL