EcologieBodemZonnige, vrij open plaatsen (een niet te dichte grasmat) op matig droge tot meestal vrij vochtige, matig voedselarme tot matig voedselrijke, licht bemeste en kalkrijke grond (zand, leem en mergel).
GroeiplaatsGrasland (kalkgrasland, uiterwaarden, weiland, vochtig hooiland, grazige hellingen, tamelijk steile hellingen) en bermen.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandZeldzaam. Het meest in Zuid-Limburg.
VlaanderenZeer zeldzaam.
WalloniëZeldzaam in Lotharingen (de zuidelijke Ardennen) en zeer zeldzaam in het Maasgebied.
WereldMidden-Europa met uitlopers tot in Bretagne, Midden-Italië, Nederland en België.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL LiteratuurCortenraad, J. & T.J.D. Mulder (1997) Uit de flora van Limburg. Aflevering 39.
Natuurhistorisch Maandblad 86: 15-18
Lako, D. (1905) 2e Bijlage tot de Vergadering van 22 Augustus 1904. Mededeeling betreffende de inlandsche soorten van het geslacht
Rhinanthus L.
Nederlandsch kruidkundig archief. Serie 3 16: 17-28
Lako, D. (1906) Mededeeling betreffende de inlandsche soorten van het geslacht
Rhinanthus L.
Recueil des travaux botaniques néerlandais 2: 278-279
Oostermeijer, J.G.B., P. Assink, B. Brugge, R. Bregman, P.G. Miermans, J. van Arkel, J.C.M. den Nijs, A.C. Ellis-Adam, S.H. Luijten, I.A.W. Janssen, E. Goverse, J.J. Wieringa & K.F. Rijsdijk (2019) Herstel van een soortenrijk kalkgrasland door maaien en afvoeren.
De Levende Natuur 108: 133-143 [Monitoring met pq's in de Piepert / Roodborn bij Eys]
Sloff, J.G. & J.L. van Soest (1939) Het fluviatiele district in Nederland en zijn flora II.
Nederlandsch kruidkundig archief. Serie 3 49: 268-306
Pagina's in standaardwerkenAtlas van de Nederlandse Flora 1:
172Heukels' Flora van Nederland, 23e ed.:
518Heukels' Flora van Nederland, 24e ed.:
632Nederlandse Oecologische Flora 3:
237Wilde Planten 3:
308Wilde-Planten.nl:
paginadeze soort in de Zadenatlas van Nederland Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De rechtopstaande stengels hebben geen zwarte strepen, zijn al dan niet vertakt en dicht behaard.
Bladeren De tegenover elkaar staande bladeren zijn langwerpig tot eirond. Ze zijn getand en bleekgroen. De schutbladen zijn bleker dan de stengelbladeren en zijn wollig behaard. Ze hebben niet genaalde, gelijkmatige en niet zeer spitse tanden.
Bloemen Tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De alleenstaande bloemen groeien in de oksels van de schutbladen. Ze zijn geel en worden 1,8-2,3 cm. Ze hebben een naar boven gebogen kroonbuis. De tanden van de bovenlip zijn langer dan breed, blauwpaars en 1-2 mm lang. De keel is gesloten. De kelk is wollig behaard.
Vruchten Een doosvrucht. Tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode.
© NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendFenologie vruchtdragendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.