Ecologie & verspreiding De van oorsprong Amerikaanse Brede waterpest is een invasieve exoot die vanaf het midden van 19e eeuw een belangrijke rol in de waterplantenvegetatie voor zich opeiste. Vanwege de sterke achteruitgang gedurende de tweede helft van de 20e eeuw is Brede waterpest tegenwoordig opgenomen in de Rode Lijst. De achteruitgang is vrij zeker veroorzaakt door verslechtering van de algemene waterkwaliteit. Heden ten dage is zij voornamelijk in niet te grote en ondiepe wateren aan te treffen zoals vijvers,sloten en kleine kanalen. In zoet, neutraal tot basisch, niet vervuild, meestal helder water. Brede waterpest komt verspreid voor in zowel het pleistocene als het holocene deel van Nederland en wordt wat meer aangetroffen in de kwelrijke overgangsgebieden.In Nederland zijn alleen vrouwelijke planten aanwezig, waardoor de vermeerdering geheel via vegetatieve weg moet plaats vinden. Brede waterpest kan verward worden met Smalle waterpest;van de laatste zijn de bladen smaller en achterover gekromd.
CC-BY-SA 3.0 Bert Lanjouw, 2015
|
EcologieBodemZonnige plaatsen in helder, ondiep, stilstaand of rustig stromend, matig voedselrijk tot voedselrijk, zwak zuur tot kalkhoudend, bij voorkeur hard, zoet of zelden zwak brak water (vrijwel alle grondsoorten, zowel venig als humusarm, maar liefst boven een minerale bodem).
GroeiplaatsWater (vijvers, grachten, brede sloten, kanalen, afgesneden, oude rivierarmen, plassen, afgravingen en wielen) en zeeduinen (duinplassen).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLVerspreidingNederlandVrij algemeen in laagveengebieden en plaatselijk in het rivierengebied. Zeldzaam in het oosten en midden van het land en in de Hollandse duinen. Elders zeer zeldzaam. Voor het eerst gevonden in 1859 bij Utrecht.
VlaanderenPlaatselijk vrij algemeen, maar elders zeldzaam of ontbrekend. Voor het eerst gevonden in 1861.
WalloniëVrij zeldzaam tot zeldzaam.
WereldOorspronkelijk uit Noord-Amerika. Omstreeks 1820 ingeburgerd in Engeland. Rond 1900 in bijna heel Europa.
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NLLiteratuurBijhouwer, A.P.C. (1937) De achteruitgang van de waterpest.
De Levende Natuur 42: 186-188
Hartsen, F.A. (1865) Elodaea canadensis (Udora occidentalis)
Flora Batava 12: 942-942
Meijer, G. (1901) Waterpest.
De Levende Natuur 6: 77-79
Qbank (2020)
Q-bank Similar species: Elodea-Egeria-Lagarosiphon-Hydrilla. Rich, T.C.G. & A.C. Jermy (1998)
Plant Crib - Elodea. Botanical Society of the British Isles
van Ooststroom, S.J. & T.J. Reichgelt (1961)
Elodea in Nederland (Korte meded.).
Gorteria 1: 7-8
Vöge, M. (2003) Was macht
Elodea nuttallii so erfolgreich gegenüber
Elodea canadensis?
Floristische Rundbriefe 37: 37-39
Wolff, P. (1980) Die Hydrilleae (Hydrocharitaceae) in Europa.
Göttinger Floristische Rundbriefe 14: 33-56
Pagina's in standaardwerkenAtlas van de Nederlandse Flora 3:
62Flora Batava 12:
plaat 0942Heukels' Flora van Nederland, 23e ed.:
84Heukels' Flora van Nederland, 24e ed.:
104Nederlandse Oecologische Flora 4:
235Wilde Planten 2:
44Wilde-Planten.nl:
pagina Beschrijvingbron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra Stengels De stengels zijn sterk vertakt. Een deel van de stengelleden is langer dan 2 cm. De bladeren drijven vlak onder het wateroppervlak. Ze wortelen en de planten treden vaak massaal op. Als de plant uit het water wordt gehaald valt hij niet samen.
Bladeren Aan de stengeltop liggen de bladeren als dakpannen tegen elkaar. Ze groeien in kransen van drie, maar de onderste bladeren staan tegenover elkaar. Ze zijn smal langwerpig en worden tot 1,7 cm lang. Een deel van de bladeren is breder dan drie mm. Ze hebben een stompe tot afgeronde top met een zeer klein topspitsje. Aan elke kant zitten 21-23 tandjes (te zien bij sterke vergroting) en aan de voet zitten kleine schubben.
Bloemen Eenslachtig (een bloem met alleen mannelijke of alleen vrouwelijke geslachtsorganen). Tweehuizig (mannelijke en vrouwelijke bloemen op verschillende planten). De bloemen zijn 4-5 mm. De witte of vaak roze kroonbladen zijn zestallig. De mannelijke bloemen staan op lange draaddunne stelen. In onze omgeving komen echter alleen vrouwelijke planten voor. De stempels zijn 2-4 mm lang en de bloemdekbuis wordt tot tien cm.
Vruchten Een bes. De gladde zaden zijn spoelvormig. De planten krijgen in onze omgeving echter geen vruchten. Er is dus geen geen zaadproductie. De planten verspreiden zich hier alleen vegetatief (via afgebroken stengeldelen).
Bron:
Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra -
CC BY-NC-SA 3.0 NL
Verspreidingstrend
Gemiddelde trend van het aantal kilometerhokken waarin de soort voorkomt, weergegeven als indexcijfer (1975-1978 = 100).
De trend is gecorrigeerd voor waarnemersinspanning en geeft de relatieve verandering in het aantal bezette kilometerhokken weer.
Voor de berekening worden de data per periode van vier jaar samengenomen.
In de grafiek correspondeert ieder punt met het laatste jaar van zo'n periode.
© NEM(CBS & FLORON) 2023
download in hoge resolutieFenologie bloeiendBron: FLORON - Gemodelleerd op basis van waarnemingen uit de NDFF voor de periode 2000-2021.